SV | Want Gij, mijn God, hebt voor het oor Uws knechts geopenbaard, dat Gij hem een huis bouwen zoudt; daarom heeft Uw knecht [in zijn hart] gevonden, om voor Uw aangezicht te bidden. |
WLC | כִּ֣י ׀ אַתָּ֣ה אֱלֹהַ֗י גָּלִ֙יתָ֙ אֶת־אֹ֣זֶן עַבְדְּךָ֔ לִבְנֹ֥ות לֹ֖ו בָּ֑יִת עַל־כֵּן֙ מָצָ֣א עַבְדְּךָ֔ לְהִתְפַּלֵּ֖ל לְפָנֶֽיךָ׃ |
Trans. | kî ’atâ ’ĕlōhay gālîṯā ’eṯ-’ōzen ‘aḇədəḵā liḇənwōṯ lwō bāyiṯ ‘al-kēn māṣā’ ‘aḇədəḵā ləhiṯəpallēl ləfāneyḵā: |
Want Gij, mijn God, hebt voor het oor Uws knechts geopenbaard, dat Gij hem een huis bouwen zoudt; daarom heeft Uw knecht [in zijn hart] gevonden, om voor Uw aangezicht te bidden.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Want Gij, mijn God, hebt voor het oor Uws knechts geopenbaard, dat Gij hem een huis bouwen zoudt; daarom heeft Uw knecht [in zijn hart] gevonden, om voor Uw aangezicht te bidden.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!